Motorfietsen vanaf 30 duizend euro en motorfietsen vanaf 130 duizend euro. Laat me duidelijk zijn, het National Trophy-reglement is Open, dus het kan, alles is toegestaan en geoorloofd. Er zijn echter enorme verschillen tussen de fietsen, de teams, de realiteit in het kampioenschap en tussen de rijders in de race waarin professionals, opkomende jongeren, veteranen en zelfs veel amateurs zijn.
Maak een wandeling in de National paddock en het verschil tussen professionele structuren en tenten, tussen vrachtwagens en bestelwagens springt meteen in het oog. Het geld hebben is echter niet genoeg, het is essentieel om te weten hoe je het goed kunt besteden en vooral om de juiste renners te hebben: zij maken vaak het verschil.
Bij de National Trophy is er echt van alles. De BMW gereden door Gabriele Ruiu is een motorfiets in het Superbike Wereldkampioenschap. Hij is eind 2021 tweedehands gekocht. Er zijn geen officiële gegevens, maar de waarde zou rond de 120/130 duizend euro moeten liggen en misschien meer. Dit is een echte Superbike en zelfs de leken zien het. Dit weekend rijdt Ruiu in Catalonië met de motor die in Misano wordt gebruikt.
Dan is er nog de Yamaha GYRT Pro, een special die de komende maanden in een beperkte oplage in de verkoop zal gaan. Yamaha heeft de verkoopprijs nog niet bekendgemaakt. Gezien de componenten van topniveau is het denkbaar dat de prijs hoog zal zijn. Dan zijn er de BMW Pistards. De standaardfiets kost zo’n 30.000 euro. Het team past vervolgens het remsysteem, de ophanging, de elektronica aan door de Alpha Racing te monteren, de uitlaat en verschillende details zoals voetsteunen, halfstuur, enz. Het cijfer verdubbelt ongeveer. De door Giannini gebruikte motorfiets heeft een waarde van zo’n 60.000 euro. Sommige BMW-teams zijn misschien zuiniger, maar de prijs mag niet te veel veranderen.
De Aprilia RSV4 1100’s doen het erg goed op de National.Het aangeschafte model is Stock2 APX Race 2022 en is dus geboren met een race-ECU. De prijs van het basismodel bedraagt 27.900 duizend euro excl. btw waarbij de diverse extra’s nog opgeteld moeten worden: niet de elektronica maar toch de uitlaat en de diverse onderdelen. De Aprilia’s in de National Trophy zijn rond de 45/50 duizend euro. Het is min of meer hetzelfde cijfer als de Ducati V4-R die meer kosten in de lijst, maar praktisch klaar zijn voor het circuit. In de praktijk zijn Ducati’s racefietsen met extreem hoge prestaties, dus je hoeft bijna niets te doen behalve de kentekenplaat, richtingaanwijzers, verlichting verwijderen… Normaal gesproken vervang je gewoon de uitlaat of iets meer.
De Yamaha R1 GYRT zijn samen met de Honda de goedkoopste motoren. De motoren van Andreozzi en Rovelli zijn rijklaar te koop voor 28.000 euro. Ze hebben al de race-uitlaat. Normaal gesproken veranderen de teams alleen de ophanging, dus de uiteindelijke prijs ligt rond de 30.000 euro. Met ongeveer 35/40 euro kun je ook een Honda klaar hebben voor de National Trophy, dan is het reglement duidelijk open en kan iedereen het configureren zoals hij wil. Aangezien de motor op zichzelf al zeer goed presteert, zijn er geen grote aanpassingen nodig.
foto Salvatore Annarumma